Interview met Kevin Maijer

Deze maand een inspirerend interview met Kevin Maijer. Kevin heeft de ziekte Multiple Sclerose (MS) en is CrossFit Games Athlete 2022. In korte tijd kreeg hij te maken met veel veranderingen die een grote impact hadden op zijn leven. De MS ontwikkelde zich zo snel dat hij onder meer zijn zicht grotendeels kwijtraakte. Toch bleef hij niet bij de pakken neerzitten. Hij ging weer vol trainen, wat resulteerde in zijn deelname aan de CrossFit Games in Amerika eerder dit jaar. 

In dit openhartige interview vertelt hij hoe hij omgaat met zijn ziekte en hoe het sporten hem leert dat je altijd meer uit jezelf kan halen dan je denkt. Hoe je mentaal omgaat met de situatie maakt zeker het verschil. Mooi is om te zien dat hoe hij hiermee omgaat anderen inspireert om ook door te zetten.

Kevin, kan je een introductie geven over jouw sportachtergrond?

Als kind heb ik altijd gejudood en wedstrijden gedaan. Op een gegeven moment ben ik daarmee gestopt, omdat ik te jong was om de bruine en zwarte band te halen. Dat mocht pas vanaf je veertiende en ik had op mijn tiende al de blauwe band, het niveau daarvoor, bereikt. Ik mocht dus niet verder. Ik vond het niet leuk meer, het wedstrijdelement ging er voor mij af en zo strandde judo voor mij. Een hele poos heb ik niks gedaan met sport. Op latere leeftijd ben ik gaan fitnessen en heb ik korte tijd aan kickboksen gedaan. Maar beiden waren het net niet voor mij.

Tijdens het uitlaten van mijn hond zag ik een spandoek van CrossFit. Ik dacht eerst ‘Wat leuk, gaan ze hier fietsen met z’n allen?’ Toen zag ik wat zij aan het opbouwen waren met rekken, stangen en andere dingen. Dat zag er heel interessant uit, maar ik durfde de stap niet zo te zetten. Ik dacht dat het teveel op fitness zou lijken en daar had ik niet zoveel zin meer in. Dat veranderde toen een vriendin van mijn vrouw mij uitnodigde voor een introductie les Crossfit. Dat vond ik zo leuk, dat ik ben gegaan.

CrossFit bestaat uit de onderdelen gewichtheffen, atletiek en gymnastiek. Zij worden gecombineerd in workouts, die mensen in groepsverband doen. De workouts zijn schaalbaar en zo voor iedereen uitdagend.

Tijdens de workout dacht ik ‘Waar ben ik mee bezig?’ Ik ging echt helemaal kapot. Dat is nu vijf jaar geleden. Ik was toen vijfentwintig. Ik zal nooit vergeten dat een vrouw van eind dertig, begin veertig voor mij stond. Zij deed veertig kilo op een schijf en deed daar haar workout mee. Ik dacht: dat kan ik ook wel’. Nou, dat lukte dus voor geen meter. Ik vond het bizar dat CrossFit dit teweeg kon brengen. Na die workout heb ik een praatje met haar gemaakt. Ik was helemaal geïnspireerd en ik dacht: dit is wat ik wil.

De eerste week heb ik gelijk twee keer getraind en ik zei thuis: “Dit wil ik meer!” Mijn vrouw antwoordde: “Dat heb ik vaker van jou gehoord. Ga eerst maar eens kijken of je dit een maand volhoudt.” De derde week heb ik direct mijn abonnement verhoogd naar drie keer per week en een maand later naar onbeperkt. Voordat ik het wist liep ik er vijf, zes dagen in de week en was ik helemaal verslaafd aan CrossFit. Dat kwam ook door de begeleiding, de manier van lesgeven en alles eromheen: rekening houden met voeding, goed kijken naar blessures, alles in overleg en ook het leren kennen van mezelf. Met CrossFit doe je veel verschillende onderdelen waarin alles voorkomt. Je bent zo geneigd om altijd honderd procent te geven, maar dat gaat niet zes keer per week. Lichamelijk trek je dat zeker niet en geestelijk eigenlijk ook niet. Daarmee leren omgaan vond ik heel interessant

Voor ik het wist, had ik mij ingeschreven voor een eerste wedstrijd. Dat ging voor geen meter, maar was wel superleuk. Je traint ergens voor, stelt echt doelen en doet het met elkaar. Dat maakt deze sport ook zo bijzonder. Alles bij elkaar werd CrossFit een enorme uitlaatklep voor mij. Ik werkte op dat moment in de gehandicaptenzorg en ik heb een poosje in de psychiatrie gewerkt. Na een dag werken zat mijn hoofd helemaal vol. Wat mij hielp, was om in de auto naar huis naar muziek te luisteren. Maar op een gegeven moment was dat niet meer genoeg. Het werk werd te heftig. Het langst heb ik gewerkt in de gehandicaptenzorg met één op één begeleiding en soms zelfs twee op één begeleiding van mensen met zware lichamelijke en geestelijke beperkingen. Daar kwam veel agressie bij kijken. Je moet dan vooral je koppie er bijhouden: wat doe ik wel en wat doe ik niet?

Je moest dus continu scherp zijn?
Ja, scherp zijn om signalen te herkennen en daarop in te spelen. Dat bleef nagalmen in mijn hoofd. Door het CrossFitten raakte ik dat volle hoofd weer kwijt. Dan kon ik het werk van mij laten afglijden. Dat hielp zo goed dat ik op een gegeven moment vijf keer per week trainde.
Veel van de mensen die ik spreek over CrossFit zijn er helemaal aan verslingerd. Zij gaan inderdaad het liefst de hele week. Kan je mij uitleggen wat het maakt dat mensen er zo aan verslingerd raken? Bij fitness kom ik dat toch minder vaak tegen.

Het grootste verschil is denk ik de community: de mensen die er zijn, dat je samenkomt, dat mensen je zien, dat je met elkaar praat, dat je samen dezelfde workout doet, dat je er samen doorheen gaat. Maar ook, en dat vind ik nog het mooiste van alles, dat je elkaar ziet groeien. Dat je erbij bent als iemand een persoonlijk record (PR) neerzet. Bij een PR loop je naar voren, als je het durft, en rammel je aan de bel. Iedereen ziet dat jij een nieuw PR hebt, je schrijft het op het bord. Als mensen later komen, zien zij het ook en komen naar je toe. Dat brengt saamhorigheid is met zich mee. Vergelijk dat eens met fitness. Daar staat vaak muziek aan en heeft 90 procent van de mensen oortjes in of komt met vrienden. Hoeveel mensen ken je daar nu echt? Dat is mijn ervaring met fitness.

Het hele concept CrossFit speelt slim in op de community en samenhorigheid. CrossFit Bunschoten doet dat door eens in de zoveel tijd een event te organiseren. Een die mij erg is bijgebleven is het event als de wintertijd ingaat. Dan sta je daar om 2.00 uur ’s nachts met z’n allen en zien we wie komen opdagen. We doen dan een workout van een uur en vervolgens kan je zeggen dat je dat uur niet verloren hebt, omdat de klok een uur is teruggegaan. Dat geeft zo’n gevoel met elkaar. En als je dan speciale workouts doet, geeft dat een extra boost. 

Dat heeft CrossFit heel slim bedacht, zoals de Hero workouts. Zij waren oorspronkelijk bedoeld om gesneuvelde militairen te eren, maar zijn er intussen ook voor brandweermensen, ambulancepersoneel en politiemensen. Zij bedenken een heel zware workout om die mensen te gedenken. Eén van de bekendste Hero workouts is Murph. Zo uit mijn hoofd is dat workout van één mijl hardlopen, honderd pull ups, tweehonderd push ups, driehonderd air squats en één mijl hardlopen met een gewichtsvest aan van 10 kilo.

Murph deden we met z’n allen om 2.00 uur ‘nachts. Dat is ontzettend zwaar en brengt je dichter naar elkaar toe. Midden in de nacht ben je met elkaar aan het rennen en hang je samen aan die stang te zuchten hoe zwaar het wel niet is. En de mensen die eerder klaar zijn, komen je aanmoedigen als jij nog bezig bent en rennen bijvoorbeeld met je mee. Dat maakt volgens mij dat mensen snel verslaafd raken aan CrossFit.

Omdat CrossFit veel meer inhoudt dan alleen maar die workouts?
Ja, veel meer. In het begin van de coronatijd werd ik ziek en kon ik een hele poos niet sporten. Twee weken heb ik in het ziekenhuis gelegen in Amsterdam. De hele kamer zat vol met mensen van CrossFit, die mij kwamen bezoeken. Van coaches tot atleten, en dat niet één dag maar meerdere dagen. Er kwamen zoveel mensen dat de verpleging naar mij toe kwam en zei: “Joh, er moeten toch wat mensen weg. Het wordt nu wel heel druk.” En dat waren echt niet mensen die ik dagelijks sprak ofzo. Het geeft wel aan dat je erg met elkaar meeleeft.
Je noemt het ziek worden. Kun je meer over jouw MS vertellen?

Eind 2019, begin 2020 is het bij mij begonnen. In een week tijd kreeg ik pijn aan mijn linkeroog. Een paar dagen later ging ik naar mijn huisarts en diezelfde dag naar het ziekenhuis. Aan het eind van die week zag ik niks meer met links. Ik was blind.

Na veel onderzoeken ben ik naar huis gestuurd. De week daarop zag ik ook niks meer met rechts en was ik dus volledig blind, in drie weken tijd. Zij hadden er geen verklaring voor, behalve uiteindelijk, na veel extra onderzoeken, dat ik mogelijk MS had. En dat het een extreme eerste MS-aanval was die toesloeg op mijn oogzenuwen, dus achter mijn ogen. Daarom zie je niks aan mijn ogen zelf. Bij veel mensen is de eerste aanval eerst aan één oog en gaat het na een half jaar weer beter. Ik ben inmiddels twee en een half jaar verder en in die tijd heb ik een periode van twee maanden gehad, waarin ik wat beter kon zien, maar verder dan dat niks. Met links zie ik vijf procent en met rechts tien procent en dat is ook nog in een tunnel. Ik zie alles wazig en er zitten vlekken in het zicht.

Mijn oogzenuwen zijn dusdanig beschadigd dat dit rest van mijn gezichtsvermogen. Het begint met ontstekingen aan je oogzenuwen. Daar krijg je een heel zware prednisonkuur voor en in de hoop dat het zicht herstelt, al blijft er altijd restschade over. Na meerdere kuren deed dat niet zo heel veel. Ik heb dus een korte periode een opleving gehad, waar ze eigenlijk geen echte verklaring voor hebben.

Ondertussen heb ik veel andere klachten erbij gekregen. Zo ben ik vanmorgen nog in het ziekenhuis geweest en is een ontsteking operatief weggehaald. Het begon met mijn ogen, maar ik heb ook uitvalverschijnselen in mijn benen en mijn armen. Niet echt krachtverlies maar gevoelsverlies. Als ik uitvalverschijnselen in mijn benen heb en de trap oploop dan voel ik niet of ik mijn been hoog genoeg optil. Ik struikel omdat ik niet voel of ik op de trede sta of niet. Het is verbazingwekkend dat dit kan gebeuren.

Toen MS begon bij mij, was ik nog nooit zo fit in mijn leven geweest. Ik was ruim tien kilo lichter dan voorheen, ik rookte niet, ik dronk niet, ik gebruikte geen drugs. Ik was toen aan het trainen voor een triatlon. Die stond op mijn bucketlist. En dan gebeurt dit. Geen idee waarom, maar het is wel zo.

Het is dus in je zenuwstelsel dat dit gebeurt?
Ja, mensen denken vaak dat MS een spierziekte is. Maar dat is ALS. MS is echt een zenuw- /hersenziekte. Je kan ontstekingen krijgen in je hersenen, in je ruggenwervel of in beide. Op basis van de plekken van de ontstekingen in je hersenen kunnen ze aardig aangeven waarop het effect gaat hebben, bijvoorbeeld op je spraak, kortetermijngeheugen of je ogen. Maar het kan ook dat een ontsteking er al jaren zit en dat er nog helemaal niks gebeurt. Er zijn mensen met MS die geen medicatie gebruiken en tien, twintig jaar kerngezond blijven. En er zijn mensen, zoals ik, die in twee en een half jaar tijd gemiddeld één keer in de twee weken in het ziekenhuis zijn voor behandelingen en onderzoeken. De ene periode is dat een stuk minder en een andere periode zit ik dagelijks in het ziekenhuis. Daar kan je niks van zeggen. Je moet daarmee omgaan, zo goed als je kan. Dat is niet altijd makkelijk.
Hoe lang deed je aan CrossFit, voordat deze ziekte naar voren kwam?
Bijna drie jaar en in november van dit jaar doe ik vijf jaar aan CrossFit.
En hoe lang heeft MS je sporten stilgelegd?

Heel eerlijk, voor mijn gevoel lig ik nog steeds stil, al heb ik CrossFit wel weer opgepakt. Alles bij elkaar heeft er een maand of twee, drie tussen gezeten, voordat ik weer aan de bak ging. Toen ik weer wilde beginnen, kwam de eerste coronagolf en dus ging alles dicht. Daar zat ik dan. Ik had voor mijn gevoel niks. Mijn zicht was waardeloos en ondertussen zat ik behoorlijk aan de depressieve kant met alles wat er gebeurde. Ik was begonnen met een nieuwe baan en een opleiding tot hbo-verpleegkundige, waar ik niet mee verder kon. We hadden net een huis gekocht, mijn vrouw was zwanger van ons tweede kindje. En dan word ik ziek. Alles kwam tegelijk.

Ik durfde al bijna niet naar buiten met mijn beperkte zicht. Ineens stond Martin Koelewijn, de eigenaar van Crossfit Bunschoten, samen met een andere coach op de stoep met een roeiapparaat op zijn schouder. Hij zei: “Voor de coronatijd zet jij dit roeiapparaat maar hier neer. Dan kan je in ieder geval nog blijven bewegen.” Dat zijn van die grote kleine dingen, die je op zo’n moment nodig hebt.

Toen de coronagolf wat afzwakte, ben ik begonnen met personal training. Eén op één begeleiding om te kijken wat ik wel en niet kon. Voor mij was dat een heel mooi moment. Ik vond het ontzettend spannend om daar weer heen te gaan, maar ik werd prima opgevangen. Mijn coach kwam mij bijvoorbeeld helpen met het oversteken van de weg.

Het leukste onderdeel van CrossFit vind ik Olympisch gewichtheffen, waaronder de oefening clean. Het is niks meer dan in een vloeiende beweging de stang vanaf de grond naar je schouders brengen met een zo hoog mogelijk gewicht. We begonnen met elke minuut wat gewicht erbij. Er werden zwarte schijven gebruikt, maar ik kon niet zien wat erop stond. Mijn coach was gewoon aan het opladen. Uiteindelijk bleek dat ik een nieuw persoonlijk record had neergezet. Terwijl ik zo lang uit de running en ziek thuis was geweest, gebeurde dat. Dat was een heel bijzonder moment voor mij. Ik was enorm emotioneel en dacht: Ik ben niet alles kwijt. Zo voelde het daarvoor wel, maar dat was niet zo. Dat PR was echt een eye opener. En ik dacht: als dit nu lukt, dan gaan we nu meteen proberen wat nog meer kan.

Dus dat persoonlijk record gaf je voeding, een boost. Wat heeft ervoor gezorgd dat je het sporten weer oppakte? Want er veranderde zoveel voor jou.

Wat betreft sociale contacten stond het allemaal laag, helemaal door de corona. Ik kreeg ook nog eens de mededeling dat door mijn MS-medicatie bij wijze van spreken al een bed voor mij gereserveerd was in het ziekenhuis, mocht ik corona krijgen. Dan word je wel huiverig om contact te zoeken met andere mensen. Ik zat mezelf op te vreten thuis. Ik merkte alleen al door die personal training , dat sporten was wat ik nodig had. Ik dacht bij mezelf: als ik nu wil dat ik uit dit zwarte gat kruip en niet meer alleen in een hoekje ga zitten huilen, dan moet ik nu mijzelf bij elkaar rapen en dit gaan doen. Want dit heb ik nodig. Kijk, ik kan niet meer autorijden en ook geen muziek luisteren en daar mijn ontspanning in vinden. Maar ik kan nog wel sporten. En nee, ik kan dat niet meer zoals het was. Ik zal aanpassingen moeten doen, maar het gaat nog steeds. Dat had ik wel heel snel door.

Dat maakte ook dat ik op internet filmpjes ging zoeken van andere mensen die dat deden. Op een gegeven moment merkte ik dat je gewoon zelf dingen moet ontdekken. Pull-ups maken aan een zwarte stang, dan kijk ik omhoog en valt het plafond voor mij weg. Ik zie geen diepte. Wat doe je dan? Dan hang je er een elastiek omheen met een kleurtje eraan. Kijken of dat gaat. En dan ga je springen naar die stang en die mis je vier keer. Ja dat kan, of ik spring en ik hang met één arm. Dat kan ook. Je merkt dat een soort spiergeheugen komt op een gegeven moment en dat je wel die stang weet te vinden. En dat je wel dat elastiek in de gaten kan houden. Gewoon proberen, doen en durven. En dat geldt voor alle oefeningen.

Voordat ik het wist raakten mensen om mij heen zo geïnspireerd, omdat ik bleef gaan. Daardoor hadden zij zoiets van ‘Die corona is vervelend, maar dat is geen excuus om thuis te gaan zitten’. En zij gingen ook aan de slag. Veel mensen zochten contact met mij, bijvoorbeeld om samen te wandelen. En dat wandelen veranderde in hardlopen. Iemand die heel goed kan hardlopen bood me aan om samen te gaan hardlopen. Met een elastiek aan elkaar verbonden en dan maar rennen en kijken wat er gebeurt. Dat is best wel spannend, kan ik je vertellen.

Sporten was voor mij een uitlaatklep. Ik zocht weer uitdaging in nieuwe dingen in plaats van alleen maar thuis zitten en bedenken hoe zwaar ik het had en hoe zielig ik was. Dat deed ik ’s avonds wel in bed, als ik niet kon slapen en lag te piekeren. Maar overdag ging ik door. Je moet doelen hebben in het leven, anders sta je stil.

Je hebt helemaal gelijk over doelen stellen. Ik denk dan aan de Olympische Spelen en dat corona toesloeg en sporters in een isolatiehotel moesten verblijven. Zij werden gecoacht hoe ze mentaal zo gezond mogelijk de dag konden doorkomen. Dat ging ook over doelen stellen voor wat je op die dag op je kamer kan doen, om jezelf goed bezig te houden en ergens naartoe te werken.
Ja, dat is echt zo belangrijk. Ik denk dat veel mensen onderschatten welke invloed doelen stellen heeft op je leven in het algemeen. Het gaat er niet om dat je zegt ‘Ik moet de Nijmeegse Vierdaagse lopen’. Begin eens met een doel voor de dag. Ik deed dat op sportgebied, thuis met dat roeiapparaat. Ik dacht eerst eens een kilometer te roeien, dan twee kilometer en dan twee kilometer op tijd roeien. Het gaat om dat soort doelen, en voordat ik het wist roeide ik tien kilometer. Ik had nog nooit tien kilometer geroeid. Op een gegeven moment roeide ik sneller dan ik ooit hardgelopen had. Het slaat je door alles heen.
Bij sportprestaties heb je vier vlakken die belangrijk zijn: technisch, tactisch, fysiek en mentaal. Hoe zie jij het mentale vlak terug in de sportprestaties bij CrossFit en wat zijn je ervaringen?
In het algemeen gaat het om het samen zwaar hebben, het daardoor kunnen inleven in elkaar en elkaar er doorheen helpen. De workouts van CrossFit kan je dusdanig schalen dat of je nu voor het eerst komt, het al vijf jaar doet of vijftig jaar bent, voor iedereen kan het even zwaar zijn op ieders eigen manier. Daardoor kan iedereen mentaal in hetzelfde schuitje zitten en tegelijkertijd tegen eigen grenzen aanlopen. Sommige mensen ervaren ook wel een bepaalde mentale druk, die een bepaalde stress kan geven. Ik hoor dat vooral terug bij kleinere groepen met vier, vijf of zes man. Zij voelen zich dan erg bekeken en kunnen minder goed hun workout doen of daarop focussen.

Als ik zelf train en begin aan de workout, denk ik: dit gaat helemaal goed komen. Dit kan ik wel. Ben ik tijdens de workout bezig, dan denk ik: poeh, dit wordt toch wel zwaar. En ben ik nog wat langer bezig, dan denk ik: waarom doe ik dit eigenlijk? Vind ik dit nu leuk? Ben ik bijna klaar dan denk ik: Oké, kom op! Nu nog even afmaken en dan je bent klaar! En als ik klaar ben, dan ben ik alles van daarvoor vergeten. Het voelt als één grote overwinning, omdat je het toch gedaan hebt. Deze stappen zijn vast heel herkenbaar voor mensen die aan Crossfit verslingerd zijn.
Merk je ook, naarmate je dat vaker ervaart, dat je die herinnering aan dat overwinningsgevoel gebruikt bij een volgende keer dat je het zwaar hebt?
Soms wel, jazeker, maar soms ook lukt het me niet, omdat ik het zo zwaar heb, dat ik nergens anders aan kan denken. Voor mijzelf komt ook dit aan op het stellen van bepaalde doelen. De workouts, die we gaan doen, worden op het bord geschreven. Als ik een workout zie, stel ik doelen voor de manier waarop ik die wil doen. Het doel is niet altijd om de workout te halen. Er zitten ook workouts bij die niet haalbaar zijn. Dat is een mentale trigger.
Om je figuurlijk tegen de muur aan te laten lopen?
Ja precies, probeer het maar. Wij weten dat het toch niet kan, maar kijk maar hoe ver je komt. Of workouts, waarbij niet staat hoeveel herhalingen. Dan hoor je later dat het elke minuut vol gas doorwerken is. Ik vind het leuk, en dat is ook echt trainen, om voor mezelf doelen te stellen al tijdens die workout. Hoe ga ik het doen? Dat is ook een beetje het tactische vlak dat terugkomt bij CrossFit. Hoe ga ik een workout aanpakken? Wanneer doe ik wat? Weet wat jezelf kan en wanneer. De één is heel goed op een fiets, de ander is heel goed op de roeier en weer een ander kan heel goed met gewichten. Dat moet je weten van jezelf, wil je beter worden in CrossFit en er goed doorheen komen.
Er is een heel breed scala aan mentale vaardigheden. Eentje waaraan ik moet denken, een beetje hetzelfde als bij tennis, is zelfspraak: het stemmetje in jezelf. Ik kan me voorstellen dat je bij CrossFit als de oefeningen zwaar wordt dat stemmetje in je hoofd hebt. Kan je daar iets over zeggen?
Ja, dat stemmetje is er zeker en zegt dingen die je niet wil horen. ‘Stop er nou maar gewoon mee, het heeft toch geen zin’. En dan ga je dingen doen als je handdoekje pakken, zweet afvegen, slokje water nemen. Allemaal afleiding om of te ontsnappen aan dat stemmetje of je luistert juist naar dat stemmetje en je geeft er eigenlijk een beetje aan toe. ‘Eigenlijk heb ik het wel heel zwaar.’
Hoe je die stem gebruikt is te trainen natuurlijk, want je kan die stem sturen.
Jazeker, ik denk dat je dat soms ook hardop moet zeggen. Het fijne van CrossFit is dat er altijd keihard muziek aanstaat. Zo kan je jezelf hardop op je donder geven. En dat moet je kunnen. Het is een mentaal dingetje dat in je moet zitten en leuk vinden om te doen. Daarin moet je wel begrip hebben voor jezelf. Wat ik in het begin al zei: welbewust bezig zijn en niet zes keer in de week honderd procent willen geven. Maar ook eraan toe willen geven en vooraf al bedenken, ‘Vandaag doen we het voor tachtig procent’.
En dat is dan je doel?

Ja, en luister dan ook naar het stemmetje dat dat zegt. En hoor je dan halverwege van het stemmetje ‘Je kan niet meer, stop er nou maar mee’, dan heb je je doel niet bereikt. Laat ik het persoonlijker maken. Wat gebeurt er met mijn lichamelijk als ik aan het sporten ben? Dan verhogen natuurlijk mijn lichaamstemperatuur en hartslag. Op het moment dat mijn lichaamstemperatuur verhoogt, wordt mijn zicht slechter. Dat gaat tot een dusdanig punt dat als die hoge temperatuur te lang duurt, ik volledig blind ben. Dan wordt het helemaal zwart. Dat was in het begin best wel eng. Ik wist niet dat dit kon gebeuren. Bij één van de eerste workouts gebeurde het en ben ik meteen gestopt. Ik dacht ‘Dit gaat helemaal niet goed’.

Nu weet ik, dat het na een paar minuten weer opentrekt en het weer beter gaat. Mentaal ben ik daar nu heel erg mee bezig. Probeer maar eens door te bijten en door die grens te gaan. En het is niet erg, er kan verder niks gebeuren, maar probeer wel door te gaan. Het gaat steeds beter gelukkig, maar het is nog steeds wel spannend af en toe. Ik denk dat dat meer een lange termijn doel is.

Om daar ook weer een weg in te vinden?
Ja, dat maakt voor mij sporten met dertig graden heel anders dan sporten in de winter. Dat laatste doe ik veel liever. Zo ben ik erachter gekomen dat ik ontzettend blij word van een ijsbad, terwijl de meeste mensen daar een hekel aan hebben. Ik zat met de CrossFit Games, een maand geleden, voor het eerst in een ijsbad na een workout. Ik vond het heerlijk, fantastisch. Ik zou het liefst zo’n ding thuis hebben.
Je noemt al aardig wat voorbeelden op mentaal vlak. Heb je het idee dat hier en daar nog wat gemist wordt of dat er nog kansen liggen voor trainers, coaches of sporters die aan CrossFit doen?

Wat ik veel om me heen zie bij CrossFit is dat mensen het uiteindelijk leuk vinden om een wedstrijd te doen. De voorrondes voor wedstrijden zijn best toegankelijk. Iedereen kan zich inschrijven, iedereen kan meedoen. En dan is er een top zoveel die zich plaatst voor de finale. Maar de mentale stress die bij wedstrijden komt kijken wordt enorm onderschat. Ik weet zeker dat als je nog nooit een wedstrijd hebt meegemaakt, dat je niet weet hoe erg dat kan zijn. Zelf heb ik dat dit jaar extreem ervaren toen ik in februari begon met de voorrondes voor de wereldkampioenschappen (WK) in de adaptive neuromuscular division. Dat is de divisie voor mensen met een neurologische aandoening waaronder ik val. Toen was ik nerveus, maar ik noemde het ‘gezonde spanning’. Ik dacht dat ik toch niet naar de volgende ronde door zou gaan. Het maakte allemaal niet zoveel uit, ik deed het voor de lol. Maar ik wil het wel serieus doen. Ik moet er wel staan, ik moet wel presteren. Dan ben ik ook nog afhankelijk van of het lichamelijk goed genoeg met me gaat. Ik ben heel vatbaar. Mijn kinderen gaan naar de peuterspeelzaal. Als zij thuiskomen met een snotneus, krijg ik er een longontsteking van. Zo erg slaat het bij mij door. Dat komt door mijn MS-medicatie. Daar was ik heel druk mee.

Ik hoefde me niet per se te plaatsen, maar ik wilde wel achteraf kunnen zeggen dat ik alles gegeven had. Dat is waarvoor ik meedeed. Tijdens de voorrondes ging het best wel goed. De top twintig ging door naar de halve finale en ik was negende geworden. Toen dacht ik ‘Oké, dat is best wel serieus’. De top vijf ging door naar de finale. Daar zit nog wel een gat tussen. Dus ik had daar nog niet zo’n hoge pet van op. Toen was het eind februari en in juni zouden de halve finales zijn. Dus toch nog aardig wat maanden, waarin je nog iets kan doen. Ik was door, dus gingen we er voor trainen ook. Uiteindelijk bij de halve finale werd ik toch wel wat zenuwachtig. Het was ook nog eens zo dat je drie dagen achter elkaar twee workouts per dag moest doen. Ik ging de eerste twee workouts in met de gedachte: ik zie wel. Ik ga het toch niet halen. Stond ik de eerste avond opeens derde. Ik kan wel heel stoer doen, maar dan ga ik er toch anders naar kijken. Want ja, dat voelt wel heel dicht bij die finale, nog maar vier workouts en dan was ik er. Ik wilde door. En toen kon ik niet meer slapen. Ik was zo zenuwachtig. Ik werd helemaal overgenomen door de stress. Alles schoot door mijn hoofd. Voor ik het wist was het drie uur ’s nachts en had ik nog geen oog dicht gedaan, maar ik moest wel de dag erna nog twee workouts doen.

Toen de workout begon op de tweede dag was die stress weg. Ik merkte dat ik de stress kon omzetten in kracht om de workout te doen, in plaats van dat ik alleen maar bezig was met stressen. Dat zie ik ook wel eens bij mensen om mij heen. Zij worden zo opgezogen door de stress, dat ze er niet meer uit kunnen komen om te presteren. Ik merkte dat het juist heel goed ging. Ik kan dit gebruiken. Ik zag dan de workout vooraf en dacht ‘Oh jee, dit gaat nooit goed komen’. En dan opeens halverwege die workout dacht ik ‘Wacht even, ik voel me niet moe, het gaat hartstikke goed, ik heb geen pijntjes en ik ben al over de helft’. Dat gaf alleen maar een extra boost. Tot die avond dat je weer naar de standen kijkt. Zo is het die dagen gegaan en ik merkte dat die stress me erg in de greep hield.

Uiteindelijk ben ik zesde geworden. Mentaal was dat een klap. Dat had ik niet zien aankomen en kende ik niet van mezelf. Ik heb gejudood als kind. Maar ik was hier zo veel bewuster mee bezig. Dit was voor mij om te bewijzen ‘Oké, de afgelopen jaren zijn waardeloos geweest, maar dit kan ik nog steeds’. En dan word je zesde. Dan blijf ik toch een sporter, laat me dan maar twintigste worden, want dit is net niks. En toen bleek dat er iemand in mijn divisie zat die er niet in hoorde. Iedereen wordt gescreend en die jongen had helemaal geen neurologische aandoening. Hij werd gediskwalificeerd, dus ik schoof door naar de vijfde plek en ik was wel geplaatst. Dat was echt bizar. Uiteindelijk ben ik naar Amerika geweest en heb daar de wereldkampioenschappen gedaan. Ik ben vijfde geworden uiteindelijk. Mijn doel was daar om een event te winnen en dat is gelukt: het eerste event dat ik deed heb ik gewonnen. Dat was fantastisch. Maar de stress was daar nog erger, het mentale was zo zwaar. Acht workouts in drie dagen tijd en je bent er al zo lang mee bezig. Voordat ik begon met de workout was ik op van de stress, van de spanning, van alles. Op een gegeven moment zat ik non-stop te zweten, terwijl er helemaal niks gebeurde. Ik had niet gedacht dat het zo erg kon zijn. Dat ik ook echt zei, voordat ik begonnen was, ‘Dit ga ik nooit meer doen. Die stress, ik trek het gewoon niet’. Ik vond het niet leuk meer. Het was de eerste keer sinds dit alles dat ik zo lang van huis was, terwijl mijn kinderen en vrouw thuis waren. Als kind had ik heimwee, en dit was gewoon weer volledig heimwee. Echt bizar.

Mooi hoe je omschrijft wat die wedstrijdspanning met je doet. En ook grappig hoe jij het verschil van perceptie, hoe je ernaar kijkt, aangeeft. In het begin van de voorrondes kijk je ernaar als ‘Ik doe gewoon mijn best’. Dan ben je lekker ontspannen. Maar op het moment dat je toch op die resultaatlijst omhoog krabbelt gaat de stress dus werken.

Ja, honderd procent. Ik denk dat het voor iedereen die fanatiek aan CrossFit doet, en misschien ook wel in het algemeen, een goede ervaring is. Omdat je jezelf in het diepe gooit. En je komt jezelf op zo’n andere manier tegen.

Ik heb het ook hier gezien op een event dat was georganiseerd om geld op te halen voor de reis naar de wereldkampioenschappen in Amerika. Op een van mijn oefeningen was geld ingezet voor elke kilo die ik tilde. Ondertussen werd mij ingefluisterd dat er best wel veel geld werd ingezet. En toen kwam een paar dingen naar boven. Dan staat er opeens zestig man naar je te kijken meer waren. Ondanks dat ik hen niet allemaal kon zien, wist ik wel dat ze er stonden en voelde ik me bekeken. Ik had vooraf al een aantal workouts meegedaan. Op het moment dat ik die specifieke oefening moest doen en ik aan het opwarmen was, dacht ik ‘Dit gaat helemaal nergens over’. En uiteindelijk heb ik die dag twee of drie keer een nieuw persoonlijk record neergezet. Mijn oude PR was 124 kilo en uiteindelijk ben ik geëindigd op 135 kilo. Op dit soort gewichten met tien kilo verschil kan dat eigenlijk niet. Nu wist ik wel dat ik meer in mijn mars had, maar om het dan op zo’n moment te doen. Toen dacht ik ‘Zie je wel, ik kan dus deze druk omzetten naar brandstof’.

Die adrenaline geeft je die extra push.

Ja en gewoon presteren, gewoon doen. Ik denk dat het voor iedereen interessant is om te ontdekken voor zichzelf. Wat doet dat nu? En ook als je stress niet kan omzetten in brandstof, hoe komt het dan dat het niet lukt? Waar loop je tegenaan, wat gebeurt er in je koppie op zo’n moment? Dat is niet te voorspellen, kan ik je zeggen. En het geeft ook aan dat buiten je comfortzone de groei uiteindelijk zit. Gooi jezelf eens in zo’n situatie waar je nooit bent geweest en kijk wat er gebeurt.

Je hebt al mooi uitgelegd hoe je in Amerika terecht bent gekomen. Maar even iets terug. Wat heeft ervoor gezorgd dat jij voor die voorrondes hebt ingeschreven? Had je een specifiek doel?

Mijn doel was mijzelf bewijzen dat ik, ondanks alles wat de afgelopen jaren gebeurd is, nog steeds sterk genoeg ben. Ik wil bijna zeggen, sterker dan de ziekte MS. Of je nu MS hebt en in mijn geval bijna blind bent, als je er maar op instelt en ervoor gaat. Er dingen voor opgeeft en ervoor traint en consequent bent, dan kan je doelen halen. Voor mij was het niks meer en niks minder dan voor mijzelf bewijzen ‘Ik kan dit’. Sterker nog, ‘Ik moet dit kunnen’. Ik ben meer dan die jongen met MS of die jongen die ziek is.

Veel mensen die ik spreek en iets weten van MS zeggen bijvoorbeeld ‘Je eindigt dus uiteindelijk in een rolstoel?’. Ja, misschien wel, maar dan kan ik wel zeggen dat ik dit nog gedaan heb. Vrij snel in het begin, toen ik alleen aan het hardlopen was en daar een paar YouTube filmpjes van had gemaakt in het Engels, kreeg ik een bericht van een man uit Amerika. Ook zijn dochter van twaalf kreeg in diezelfde periode de diagnose MS en hij zag wat ik nog allemaal deed. Dat gaf hem hoop. Ik heb een poosje met die man contact gehad. Hij stuurde een bericht met ‘Ik dacht dat het leven van mijn kind voorbij was. En nu zie ik wat jij nog kan en dat er nog steeds dingen mogelijk zijn’.

De ziekte MS is voor iedereen zo anders. Ze noemen het daarom ook wel de sneeuwvlokkenziekte: elk sneeuwvlokje is anders. Maar je kan nog steeds meer dan je denkt. En dat is echt mentaal. Dat was echt voor mij waarom ik wilde meedoen aan de WK.

Wat je motiveert heb je mooi uitgelegd. Je hebt te maken met de gevolgen van MS en dat voel je natuurlijk fysiek. Hoe ga je om met slechtere dagen?

Soms is het heel moeilijk, soms is het niet te doen. Ongeveer zes, zeven weken voordat ik naar Amerika zou gaan, ging het heel slecht. Ik had heel veel pijn. Ik heb ook een dag gehad dat ik niet kon lopen, dat mijn benen het helemaal niet meer deden. Het was de vraag of ik wel kon gaan. Dat is echt heel moeilijk. Daar kom ik zelf ook niet uit en heb ik echt andere mensen bij nodig. Vrienden, mensen van CrossFit, maar ook natuurlijk mijn vrouw en mijn ouders om te praten. Want dat is het, heb het erover, deel het. Zoals mijn vader altijd zegt: “Zolang je het deelt, wordt het altijd minder zwaar.” En dat is zo. En dat is moeilijk, omdat het situaties zijn die mensen zich niet kunnen inbeelden. Je kan wel tegen iemand zeggen: “Stel je eens voor dat je een hele dag niet meer kan lopen, omdat je benen het niet meer doen.” Als je dat niet hebt meegemaakt, is het heel moeilijk om je dat voor te stellen.

Ook daarin ben ik in de afgelopen tijd veranderd, een ander mens geworden en niet altijd leuker. Ik ben vooral duidelijker geworden. Omdat dat de enige manier is om ermee om te gaan, voor jezelf opkomen. Geef zelf aan wat je wel en niet kan. Dat is wat mij helpt en hoe ik mij er doorheen probeer te slaan. En er heel bewust mee bezig zijn. Er zijn dagen dat ik boos ben, dat mag. Er zijn ook dagen dat ik aan het janken ben, dat mag. Want doe ik dat niet, dan kom ik nergens meer. Dan gaat het niet. We maken er wel eens ruzie om thuis. We janken er wel eens samen om. We zijn het allebei dan zat. Dat is hoe ik er mee om kan gaan. En ik noem daar ook de mensen van CrossFit bij, omdat het soms heel fijn is als je daar komt, mensen je zien en zeggen: “Jeetje Kevin, je ziet er niet uit.” Dan zeg ik: “Dankjewel.” En gaan we lekker sporten met elkaar.

Dan laat je dat denken en ga je gewoon lekker doen.
Precies, dan ga je het gewoon doen. Een mooi moment daarvoor vind ik de zaterdag. Dan is er altijd een partner workout, waarin je in tweetallen dezelfde workout doet en elkaar er doorheen helpt. Als ik er heel slecht aan toe ben, zijn dat de workouts die mij extra helpen. Omdat je dan nog dichter op elkaar zit, helemaal omdat ik die partner workouts vaak met vaste mensen doe die mij wat beter kennen. Dan hoef ik niks uit te leggen.

Maar heel eerlijk, er zijn nog steeds momenten dat ik ermee worstel en er niet uitkom. Daar heb ik in het begin psychologische hulp bij gehad, omdat mij dat alleen niet lukte. Omdat er ook heel veel gedachten door je hoofd gaan, die je niet wil delen met de mensen die dicht bij je staan, maar waar je het wel over wil hebben. En dat gebeurt nu ook wel eens, bijvoorbeeld over de ‘wat, als’ gedachten. Wat als het mij niet overkomen was? Als ik het daarover heb met de mensen die dicht bij mij staan, dan is het al gauw ‘Maar ja, het is nu eenmaal zo’. Zij kunnen er zelf ook niet mee omgaan. Terwijl het mij wel kan helpen om het erover te hebben. En als je dan in mijn geval met een psycholoog spreekt, die verder van je afstaat, dan kan je het daar eens wel over hebben.
Dat zijn natuurlijke reacties, verwerkingsreacties. Het is heel normaal om ‘wat, als’ gedachten te hebben en het is fijn dat je die kan bespreken.

Ja, maar ook over wat ik zie bij mijn ouders of bij mijn vrouw. Dat je dat soort momenten ook kan bespreken. Dat ik een situatie uitleg, waarin ik geïrriteerd was en waar dan iemand anders die dat verhaal aanhoort, kan zeggen: “Ja maar wacht, zit het niet zo en zo? Heb je er op die manier wel eens naar gekeken?” En dat ik denk: oh ja. Of dat hij mij dan aanspoort om bepaalde dingen juist tegen de persoon in kwestie zelf te zeggen. Dat deed ik in het begin te weinig, omdat mij ook te veel overkwam. Maar daar begint het wel mee. Dat ik leerde om het te zeggen, terwijl ik het er bijvoorbeeld niet over wilde hebben. Dat is wel hoe ik probeer ermee om te gaan.

Er zijn nog steeds momenten dat het niet lukt. Ik heb een periode gehad van twee maanden dat ik wel weer goed genoeg kon zien dat ik kon fietsen. Ik kon mijn kinderen zelf naar de peuterspeelzaal brengen. Er zijn momenten dat ik denk dat het fantastisch is dat dat kon. Er zijn ook veel momenten dat ik denk dat ik zou willen dat het nooit gebeurd was. Omdat ik weer van dat stukje geluk heb kunnen proeven, dat nu weer weg is. En niet alleen voor mijzelf, want ik heb het en ik zit er middenin en ik moet er doorheen., maar vooral voor mijn vrouw, mijn ouders en mijn schoonouders. Zij zien het gebeuren en hebben er geen grip op. Ik heb er ook geen grip op, maar ik kan er wel mee omgaan op mijn manier. Door meer te gaan sporten of er een keer boos om te zijn. Ik zeg altijd: “Ik red me wel.” Ik heb geen andere keus. Ik vind dat de mensen om mij heen wel een keus hebben. In het begin heb ik ook tegen mijn vrouw gezegd: “Besef wel dat als je nu tegen mij zegt ik stop met deze relatie, dan ben je ervan af. Dan heb je geen zieke vent meer voor wie je hoeft te zorgen.” Want zij is mijn mantelzorger. Gelukkig wil ze dat niet en ik wil haar ook voor geen goud kwijt, laten we dat vooropstellen. En zij mij ook niet, dat is mij wel duidelijk. Maar dat is wel hoe ik erin stond. En dat zijn allemaal gesprekken die gevoerd moeten worden om hier doorheen te komen. Dat is niet makkelijk, en dat wil je ook niet altijd.

Je ziet dat iedereen in zijn of haar eigen proces zit. Jouw situatie is ook niet te vergelijken natuurlijk.
Inderdaad, zelfs hoe ik mijn ziekte beleef en hoe mijn vrouw die beleeft is zo anders, terwijl het dezelfde ziekte is. Toch is het heel anders.
Zijn er dingen die jij tijdens het sporten geleerd hebt of gebruikt die je tijdens het omgaan met de ziekte ook gebruikt?
Mentaal doorzetten is wat ik dagelijks inzet. Door door te gaan, toch dingen te doen en dingen te proberen. Omdat mijn zicht zo slecht was, durfde ik niet meer naar buiten. Dan wordt je wereld heel klein en buiten wordt al heel snel heel groot. Maar doordat ik dezelfde stemmetjes, die ik tijdens het sporten kan ervaren, ook buiten kreeg, probeerde ik die wel op dezelfde manier in te zetten. Het doorzettingsvermogen en het mentale daarin zijn wat ik dagelijks gebruik.
Wat is het belangrijkste of meest waardevolle dat je geleerd of meegenomen hebt uit deze heftige periode?
Geniet van elke dag! Voordat ik ziek werd leefde ik niet per dag. Nu leef ik echt per dag en probeer ik eruit te halen wat erin zit. Zonder te overdrijven natuurlijk.
Je bedoelt echt aanwezig zijn.
Ja precies, wees er bewust van. En vooral van de kleine dingen. Mijn dochter heeft nu een leeftijd bereikt waarop ze naar de speeltuin kan. Dat vind ik fantastisch. Het is niet van ‘Oh, wil ze weer naar de speeltuin’. Nee, het kan nu. Nu kan ik het doen. Ik kan nu gewoon gek met haar doen, haar in de lucht gooien en met haar dansen. Ik weet niet of ik dat over een jaar of een half jaar nog kan. Misschien zit ik dan wel in een rolstoel of ben ik wel helemaal blind. Dan is het helemaal anders. Gewoon bewust leven.
Heb je nog bepaalde ambities of doelen?
Mijn hoogste en eerstvolgende doel op sportvlak is om opnieuw mee te doen met de WK en dan een podiumplek te pakken. Dat is waar ik nu voor train. Ook op mijn lijstje staat dat ik toch nog een keer die triatlon wil doen. Maar eerst het WK en daarna kijken we verder.
Wat zou jij mensen die dit interview lezen mee willen geven?
Je kan altijd meer dan je denkt en de enige die je daarin tegenhoudt ben jezelf!

De Kronkels 9a,
3752 LM Bunschoten