Het kan regelmatig een strijd zijn om je motivatie op een gewenst niveau te krijgen en te houden. Je krijgt hier meer grip op door meer bewustwording te creëren over hoe motivatie in elkaar steekt.
Motivatie kan van binnen of van buiten komen. Ook wel bekend als intrinsieke motivatie en extrinsieke motivatie. Bij intrinsieke motivatie komt de motivatie van binnenuit en zit de waarde in het gedrag zelf. Je vindt de handeling op zichzelf fijn om te doen. Bij extrinsieke motivatie komt de motivatie van buitenaf en is het gedrag een middel voor iets anders, zoals bijvoorbeeld een beloning. Wanneer je iets doet om een bepaalde bevestiging of waardering van iemand te krijgen.
Maar waar zijn onze motivaties op gebaseerd? Er bestaan drie psychologische basisbehoeftes:
- Competentie/kundigheid
- Verbondenheid/erbij horen
- Autonomie/eigen initiatief
Uit deze psychologische behoeftes ontwikkel je je motieven en motivatie. Kijkend naar deze behoeftes kan je waarschijnlijk wel enkele voorbeelden bedenken. Hoe lekker het is om je competent te voelen wanneer je een opdracht goed hebt afgerond. Hoe fijn het is om waardering te voelen binnen een team. En hoe belangrijk het is om een bepaalde vrijheid binnen je werk te hebben om je eigen initiatief te ontplooien.
Hoe je tegen de basisbehoefte van competentie aan kijkt, heeft ook veel invloed op je motivatie. De opvatting die je daar over hebt, bepaalt voor een groot deel hoe je je doelen invult. Je kijkt naar vooruitgang of naar vermogen. Wanneer je insteek vooruitgang is, zal je sneller taakdoelen formuleren. Bij vermogen ga je sneller voor resultaatdoelen. Het verschil daartussen is dat je bij taakdoelen de focus legt bij de taak zelf en je meer kijkt naar hoe je zelf verbetert op die taak. Je vergelijkt als het ware met jezelf. Je bent kritisch op jezelf. Bij resultaatdoelen ligt de focus bij het resultaat en gaat het vaak om vergelijken met anderen.
Je doelinstelling bepaalt hoe je een situatie ingaat, waarin gepresteerd moet worden. En hoe je je competentie en je succes definieert. Kortweg kan je dus zeggen dat je focust op de taak of op het resultaat. De valkuil van focussen op het resultaat is dat je afhankelijk kan zijn van anderen omdat je daarmee gaat vergelijken. Bij een focus op de taak hou je het bij jezelf, en het voordeel daarvan is dat je op jezelf de meeste invloed hebt.
Bij de ene dimensie ben je meer bezig met sterker of beter zijn dan anderen en wil je je vaardigheden laten zien. En bij de andere dimensie ligt je focus meer op leren en jezelf ontwikkelen.
Twijfel je en vraag je je af wat nu beter is? Dan heb ik een geruststellend antwoord. Je hoeft namelijk niet te kiezen! Het zijn twee op zichzelf staande dimensies die elkaar juist kunnen aanvullen. Om op je beste niveau te presteren kun je dus uit beide vaatjes tappen.
Wil je nog beter presteren en je motivatie een boost geven? Wees dan kritisch om bewust te worden waar je focus ligt en pak die andere motivatiebron er ook bij!